Afgelopen week hebben we de derde velddienst gehad. Daarmee zijn we halverwege de Algemene Luitenants Opleiding 1 gekomen. Tijd voor evaluatie en... wederom een blog
Voordat we op velddienst gingen, hadden we nog een academieweek en een verplicht weekendje Den Helder. Daar werden op het Koninklijk Instituut voor de Marine (KIM) de zogenaamde Cadetten en Adelborsten Wedstrijden (C&A-wedstrijden) gehouden: een sportieve krachtmeting tussen de studenten van de KMA en het KIM. Daarover later meer. Nu eerst de academieweek.
Tijdens de academieweek kregen we op dinsdag een les LTV. Die lessen zijn bedoeld om leiderschapsvaardigheden te trainen. Ik was de gelukkige om als eerste leider m'n groep met een ton met daarin een gevaarlijk gif binnen 20 minuten over een hindernis te krijgen. Die hindernis bestond uit een schuin omhooglopende wand, het zogenaamde wasbord, en was aan de voorzijde voorzien van een gracht en aan de achterzijde bezaaid met mijnen. Naast de ton met gif beschikten we ook nog over een plank en een stuk touw. Ga d'r maar aanstaan! Ik kreeg eerst een paar minuten de tijd om de opdracht goed tot me door te laten dringen en een oplossing te bedenken. Dat lukte voor de helft. Ik had eerlijk gezegd geen idee hoe ik m'n groep nog over het mijnenveld moest krijgen, maar wel het vertrouwen dat we er met elkaar uit zouden komen. Onze groep is goed op elkaar ingespeeld en stelt zich altijd constructief op. Zo gezegd, zo gedaan. De eerste helft van de opdracht ging heel vlot en eenmaal bovenop de hindernis borrelde een goed idee op in de groep dat ik heb laten uitvoeren. Binnen de gestelde tijd waren we veilig aan de overkant. Alhoewel, n lid was zijn pet in het mijnenveld verloren Belangrijkste leermomenten voor mij: maak de volgende keer een concreet plan met duidelijke taken voor iedereen en wees directiever. Na deze hindernis, kregen we nog de opdracht om met een kistje munitie over een hindernis te komen zonder de grond aan te raken. Deze uitdaging vond ik zelf nog lastiger, maar werd eveneens binnen de gestelde tijd volbracht. Al met al een heel leerzame en leuke les. 's Avonds heb ik nog twee potjes schaak gespeeld i.v.m. de selectie voor de C&A-wedstrijden. Eerste potje gewonnen, tweede verloren en daarmee uitgeschakeld voor de wedstrijden. Jammer, maar in ieder geval weer eens schaak gespeeld! Hopenlijk gaan er meer partijen volgen de komende tijd.
De sportlessen deze week bestonden uit hardlopen en klimmen. Het zal jullie niet verbazen dat die eerste wel, maar die laatste bepaald niet aan mij besteed is. Hoewel ik afgelopen januari op de steiger bij Walter M. te R. nog heb geprobeerd enigzins van m'n hoogtevrees af te komen, begon die kwaal me nu toch weer behoorlijk op te spelen. Terwijl ik m'n klimharnas nog eens controleerde en richting de klimwand liep, waren de makkelijkste routes al verdeeld en restte mij nog slechts een geniepige route langs de rand van de toren met een aantal loszittende hand- en voetgrepen. Halverwege begonnen m'n armen te verzuren en had ik geen idee hoe verder te gaan. Normaal gesproken is dat niet zo'n probleem: je roept naar degene die je zekert dat je naar beneden wilt en hij laat het touw vieren terwijl jij afdaalt. Niet tijdens deze les. Het zekeringspunt bevond zich aan de top van de toren zelf. Ergo, er is maar een weg: omhoog... Op driekwart werd ik duizelig en heb ik ongeveer 5 10 minuten stilgehangen. Toen werd het tijd om te stoppen met denken en heb ik me met m'n laatste krachten trillend van verzuring en zenuwen omhoog geworsteld en kwam boven. Wat was ik blij dat de fysiotherapeut zich die ochtend had vergist met een dubbele afspraak en ik nu bij hem langs moest komen: einde sportles
Nadat we op donderdag de laatste voorbereidingen hadden getroffen voor de velddienst van de afgelopen week, vertrokken we vrijdagmorgen in alle vroegte per bus naar Den Helder voor de C&A-wedstrijden. De reis verliep buitengewoon vlot. Ruim anderhalf uur eerder dan gepland arriveerden we op het KIM. We laadden de bus uit en liepen alvast richting ons bivak: een winderige parkeerplaats tussen de haven en het KIM-terrein met een stuk of 20 boogtenten met wapperende tentdoeken. In verband met het appel moesten we ons omkleden in Dagelijks Tenue (DT). Dat zorgde voor enige opwinding omdat het de eerste keer was dat we ons officieel in DT zouden presenteren. Nadat ik een stuk of wat stropdassen had gestrikt van jongens die daar wat minder bedreven in zijn, kleedde ik mij ook om en liep naar buiten. Echter, vlak voordat ik de tent uit wilde stappen hoorde ik een lachsalvo en nadat ik het tentdoek opzij had geschoven zag ik een beteuterde groepsgenoot met een wel heel bijzondere epaulet op een enigzins afwijkende plek. Juist nadat hij de tent had verlaten was een meeuw overgevlogen die precies op de rug van z'n jas een dampende klets had achtergelaten. Dat is natuurlijk helemaal niet leuk, maar de combinatie van die kwak meeuwenkak op zijn jas en de gelaten uitdrukking op zijn gezicht deed mij bijkans in m'n broek pissen van komische ontroering. Na het appel begonnen de wedstrijden. Alle wedstrijden die ik bezocht werden verloren of gelijkgespeeld, zodat ik aan het einde van de dag het gevoel had dat we zouden gaan verliezen. Dat werd nog eens versterkt door de verloren judowedstrijd die avond. Dat was een buitengewoon spectaculaire wedstrijd waaraan ook nog een pelotonsgenoot van ons meedeed. Midden in de grote zaal van het KIM was een mat neergelegd waaromheen alle toeschouwers zaten. Onder luid gejuich betraden de judoka's van het KIM en de KMA de mat, waarna ieder KIM/KMA-koppel twee wedstrijden met elkaar judoden. Tot halverwege ging het gelijk op, daarna bleek het KIM toch echt te sterk voor ons. Balen! Na deze enerverende wedstrijd hebben we nog wat gedronken en zochten we ons veldbed op.
De volgende dag was de dag van de ontknoping. Ik mistte op een paar minuten de zogenaamde niet-sporters-run voor cadetten en adelborsten die aan geen enkele andere wedstrijd meededen en bleef derhalve nog maar een paar wedstrijden atletiek kijken. Na de middag ben ik met een aantal groepsgenoten naar het Marinemuseum geweest. Dat was buitengewoon interessant. Met name het bezoek aan een onderzeer op het droge vond ik erg indrukwekkend. Terwijl de meeste jongens zich vergaapten aan de brokken techniek die zo'n apparaat herbergt, probeerde ik mij voor te stellen hoe het is om weken achtereen in zo'n stalen sigaar onder het zeeoppervlak te varen: vreselijk! Geen frisse lucht, geen vers voedsel en de hele dag dezelfde gezichten en geluiden. Je moet wel uit een bijzonder soort hout gesneden zijn om dat vol te houden. Buitengewoon indrukwekkend! Daarna weer even naar het sportveld gereden om de laatste wedstrijd bij te wonen: rugby. Daar hoorde ik dat we een buitengewone inhaalrace hadden gereden en dat we het KIM in de laatste wedstrijd voor het klassement, de softbalwedstrijd, hadden verslagen! Dat moest gevierd! Die avond was er een smakelijk barbecue en een gezellig feest. 's Avonds niet te laat naar bed i.v.m. de naderende velddienst. Zondag stond in het teken van terugverplaatsen, tas uitruimen en velddiensttas en -spullen klaarmaken. Tussendoor ben ik nog even thuis geweest om wat bij te slapen en te eten.
Maandagmorgen zijn we met enige vertraging vertrokken naar Oirschot voor de derde velddienst. We begonnen met de opbouw van het kamp. Die werd dit keer iets verder uitgebreid dan de vorige keren. Aan het einde van de middag kregen we een demonstratie van een veldoven. Daarna groeven we zelf zo'n kachel, stookten 'm flink heet en kookten ons maaltje daarop. Dit was het leukste moment van die dag. Als het lekker droog is, gaat het graven makkelijk en vliegt de fik er snel in. Een messtin met water erop, een blik erin en een andere messtin als dekseltje er bovenop. Na een kwartiertje au-bain-marie, is je maaltijd gereed! Na de maaltijd kregen we een demonstratie van een alternatief onderkomen. Daar zal ik verder niet over uitweiden, maar onze reeds eerder ingewijde pioschop zou deze week weer van pas komen
Dinsdagmiddag kregen we een leuke opdracht: een kompasloop. Buddiesgewijs moesten we een route afleggen waarbij niet alleen een stafkaart, maar ook een kompas gebruikt moest worden. Deze opdrachten zijn wel aan mij besteed. Gelukkig viel het kompasdeel erg mee, want daarmee kun je je behoorlijk vergissen. Een kleine fout in je hoekorintie bij aanvang veroorzaakt een grote afwijking op lange afstanden. Na binnenkomst kregen we even tijd om wat noodzakelijk onderhoud te plegen. Die avond oefenden we ook nog een aanval op ons kamp. Daarbij is het van levensbelang om snel en adequaat te reageren. Maar waarom komen dit soort oefeningen altijd net als ik mn schoenen zit te poetsen, mn esbitbrandertje probeer aan te steken of mn toilettas schoonmaak vanwege een per ongeluk gebarsten tube spiergel? Aaaarrggh! Na zon alarmoefening ben je steevast verder van huis omdat je schoenborstel, esbitbrandertje en toilettas naast vet, aangekoekte roetresten en gel ook zand bevatten... Enfin, moedig voorwaarts!
Woensdag was de zwaarste dag. We werden zowel fysiek als mentaal behoorlijk op de proef gesteld. De dag begon met ochtendsport en het afbreken van het kamp, daarna begonnen we met graafwerkzaamheden, daarna een pittige les veldsport door mul zand, daarna weer verder graven, daarna zes kilometer marsen, eten, schieten op de schietbaan bij verminderd zicht (avond) en weer zes kilometer terug marsen. Heftig! Gelukkig maak je ook op zon dag genoeg leuke dingen mee om m goed door te komen. De zon scheen, een paar nieuwsgierige kinderen kwamen kijken bij het graven en last but nog least ontdekte ik s avonds op een vuilnisbak bij de schietbaan een sticker van de Defensie Gravendienst. Die moet daar door een militair met een sarcastisch gevoel voor humor zijn opgeplakt. Ik kon m in ieder geval wel waarderen
Donderdag verplaatsen we ons weer naar de schietbaan voor een oefening op 300 meter. Helaas stond mn korrel weer zo scheef als een joekel en schoot ik 0 uit 6 en 1 uit 6. Balen! Driehonderd meter is al lastig genoeg, daar kun je zon scheve korrel niet bij gebruiken. Komende week ga ik maar eens een bezoek brengen aan de wapenhersteller. Aan het einde van de morgen kregen we andermaal een kompasloop. Deze was een stuk lastiger omdat ze op de heide was, maar daardoor ook leuker. We kregen een doel op de kaart toegewezen waar we naar toe moesten voor een stempel. Bij terugkomst werd het stempel gecontroleerd en kregen we een nieuw doel opgegeven. Ons eerste doel vonden mn buddy en ik vrij snel, bij de tweede liepen we wat te ver. De derde was lastig, maar de vierde weer snel gevonden. Leuk detail: tijdens onze loop werd er druk geoefend met pantservoertuigen. Dat is an sich al heel interessant, maar het werd nog doller toen we ineens een kleine kudde hertjes voor een pantservoertuig zagen uitsnellen. Die arme beestjes werden opgejaagd, maar konden nog op tijd een veilig heenkomen vinden tussen de bomen. Een mooi gezicht. Aan het einde van de middag kregen we nog een kleine mentale training (Zwaai de buschauffeur maar uit, wij gaan nog een stukje lopen!) en daarna was het tijd om terug te keren en onderhoud te gaan plegen. Daar was ik tot een uur of half twaalf mee bezig en toen vond ik het mooi geweest. Ik heb die nacht zo vast geslapen dat ik mn wekker de volgende morgen niet heb gehoord.
Vrijdag deden we een intest voor Engels, pleegden we wapenonderhoud, bracht ik nog een bezoek aan de fysio en besloten we met een evaluatie. Na twee geslaagde weken en met het Paasweekend in het vooruitzicht ging ik met een voldaan gevoel huiswaarts: weekend! (Alhoewel... Kleren wassen, boodschappen doen, huiswerk maken... )