Nu is het bekend dat er een bepaald zelf-regulerend proces in de hersenen bestaat die detecteert of een handeling die je normaal uit gewoonte, dat wil zeggen routinematig, uitvoert eigenlijk wel strookt met de handeling die je zou moeten uitvoeren. Stel je bijvoorbeeld voor dat je aan een lopende band werkt en doppen op flessen moet draaien. Dan zorgt dit conflictmechanisme er hopelijk voor dat je jezelf niet opensnijdt als er ineens een gebroken fles voorbij komt. Blijkbaar veroorzaakt zo'n conflict tussen de gebruikelijke handeling en de wenselijke handeling een verhoogde hersenactiviteit in een heel specifiek gebied, en die activiteit kun je natuurlijk meten met een fMRI-scanner. De neoconservatieven onder Bush hebben ook meerdere malen gebroken situaties voor heel aangezien en dit inspireerde een stel neuropsychologen om eens te kijken of je een verschil tussen liberalen en conservatieven kan meten tijdens het al dan niet gebruikmaken van dit zelf-regulerende proces.
43 vrijwilligers met een uiteenlopende politieke voorkeur, door de proefpersoon zelf aangegeven op een schaal tussen -5 (zeer liberaal) en 5 (zeer conservatief), kregen in 80 % van de gevallen een go-stimulus (100 milliseconden de letter W op een scherm) te zien en in 20 % van de gevallen een no-go-stimulus (100 ms de letter M). Ze moesten binnen 500 ms reageren en op een knop drukken bij de go-stimulus en niets doen bij de no-go. Aangezien de go's veel vaker voorkomen dan de no-go's en de proefpersoon heel snel moet reageren, gaat de proefpersoon zich onbewust alvast voorbereiden op een go en wordt het nog moeilijker om zich in te houden bij een no-go.
Het blijkt dat hoe goed je bent in het detecteren van een go niet afhangt van je politieke voorkeur, maar dat je prestaties tijdens het detecteren van een no-go beter zijn naarmate je liberaler bent, zoals was voorspeld. Een bijbehorende verhoging van het conflictsignaal in de hersenen bevestigt dat een verschil in functioneren van dit zelf-regulerende proces aan het verschillend presteren van de proefpersonen ten grondslag ligt en niet bijvoorbeeld hun intelligentie. Gelukkig levert het artikel precies wat je mag verwachten van neuropsychologen: een grote berg punten waarin met moeite een trend is te ontdekken en vele malen het woordje significant. En met dit woordje significant vind ik natuurlijk dat ik deze bevindingen mag extrapoleren en mag roepen dat alle conservatives inflexibel zijn en dat er niets meer aan te doen zijn, want het zit blijkbaar in hun hersenen gebakken. Conservatieven kunnen daarom maar beter geen gevaarlijke, repetitieve dingen doen. Hmmm. Wacht eens even. Misschien ben ik trouwens ook wel conservatief. Ik ben immers ook een gevaar voor mezelf tijdens lopende-bandwerk.
NB: Normaliter schrijf ik liever niet over dingen die al op Slashdot zijn geweest, maar het sloot zo mooi aan op mijn vorige blog.