Drie weken geleden, op maandag 5 februari meldde ik mij in alle vroegte bij de poort van Het Kasteel te Breda. Daar is de Koninklijke Militaire Academie (KMA) gevestigd waar ik de officiersopleiding bij de Luchtmacht volg. In de ochtendschemering kwamen van alle kanten jonge cadetten aangefietst of -gelopen. Door het park, vanuit de binnenstad of reeds op de parade voor de gracht: een mooi gezicht. Ik meldde mij aan, toonde de opkomstbrief en kon doorfietsen. In de Grote Zaal (GroZa), een statige zaal met veel zuilen, werden we ontvangen. Daar maakte ik gelijk kennis met militaire duidelijkheid.
Om een of andere reden wilde ik de commandant van ons peloton iets vragen. In principe stel je eerst je vraag aan je buddy (kameraad soldaat). Als hij het antwoord niet weet aan de groepsoudste (GO), dan aan de pelotonoudste (PO), dan aan de groepsinstructeur (een majoor) en dan pas aan de pelotonscommandant (een kapitein). Daarbij houd je ook de regels van aanmelden in acht: loop naar je meerdere, neem de houding aan, wacht terwijl je oogcontact zoekt, meld je aan (“De soldaat Van der Laan meldt zich, kapitein.”), op zijn commando neem je de rusthouding aan en stel je je vraag, na zijn antwoord neem je de houding weer aan en maak je rechtsomkeert. Enfin, een fors protocol voor een beginnend cadet soldaat. Ik was hiermee niet bekend en stapte nietvermoedend op de kapitein af, keek hem vriendelijk aan, groette hem met “hoi” en werd vervolgens in niet mis te verstane bewoordingen afgeblaft waarvan ik mij alleen nog het laatste “Verdwijn!” kan herinneren. Daar heb ik maar gehoor aan gegeven en na instructie van onze GO e.e.a. opnieuw geprobeerd. Nu met succes. Ik had mijn doop gehad en wist niet dat er nog meer dopen zouden komen.
De eerste twee dagen waren heftig en niet erg leuk. Je wordt van hot naar her gesjouwd en een programma wordt je bewust onthouden. Ik kan me nu niet eens meer precies alles herinneren, maar ik weet nog wel dat we door verschillende mensen werden toegesproken waarbij keer op keer duidelijk werd gemaakt dat we een vrije keuze hebben gemaakt, nu nog wegkunnen, er altijd veel cadetten afvallen, etc. enz. Geen vrolijke verhalen. Als je vervolgens ook nog eens onder de krijgstucht wordt gesteld, vraag je je wel even af waar je aan bent begonnen. Kies ik nu voor een aantrekkelijke baan met veel uitdaging en leer- en doorgroeimogelijkheden of ga ik de komende jaren m'n masochistische kant verder ontwikkelen? Hoe dan ook, ik liet me er niet door uit het veld slaan i.t.t. de eerste vlieger die toen al afscheid had genomen. Er zouden er nog meer volgen. Op de tweede dag haalden we ons tenue op in Utrecht en op de derde dag deden we een sporttest. Hierbij werd onze basisconditie en -kracht gemeten. Enerzijds moet je je daarbij vol geven, anderzijds is het verstandig om reserve te bewaren: je weet nooit wat komen gaat en met het oog op de eindmeting is het wel verstandig marge in te bouwen Hoe dan ook, op de shuttle-runtest scoorde ik 12,5 en dat deed m'n fysieke zelfvertrouwen veel goed. Op de vierde dag werden we 's morgen toegesproken door een hoge officier en op bivak gestuurd. Zijn praatje was wederom weinig bemoedigend en ditmaal werd veel nadruk gelegd op uitzendingen. Tijdens de voorlichtingsbijeenkomsten en testen in Soesterberg werd mij het beeld geschetst dat luchtverkeersleiders in principe alleen vanuit Nederland opereren, maar de afgelopen weken is duidelijk geworden dat dat een illusie is: alle militairen worden uitgezonden. Dat belooft nog wat met mijn vliegangst... Maar goed, in het kader van de door de krijgsmacht zo hoog aangeslagen integriteit heb ik dat tweemaal schriftelijk te kennen gegeven. Wordt vast nog vervolgd.
Toen we vertrokken voor ons bivak op het Van der Meerkamp in Rucphen begon het te sneeuwen. We pakten de bus in met onze spullen (harnas, helm en geweer) en voor we vertrokken mochten we nog 22 keer opdrukken omdat een onzer cadetten jarig was. Wijze tip: zwijg over je verjaardag, want je mag evenzoveel keer opdrukken met het hele peloton als je jaren oud bent geworden. Militaire humor kent geen grenzen. Aangekomen op het kamp moesten we per groep een boogtent opzetten. Mij viel de eer te beurt om dat voor onze groep te coördineren, maar wel nadat alle kennis (lees: militairen en cadetten met ervaring) uit onze groep was getrokken. Dat werd dus een debacle. Gelukkig was dat de bedoeling: in het leger leer je door fouten te maken. Na de evaluatie werd de kennis weer in de groep toegelaten en werden de tenten opgezet. 's Avonds aten we in de eettent.
De volgende dagen werd er veel gesport, kregen we les over normen en waarden, hygiëne en wapenonderhoud, deden we leiderschapsoefeningen, gingen op velddienst (lees: soldaatje spelen voor gevorderden) en kregen exercitieoefeningen. Een buitengewoon gevarieerd programma kortom waarbij voortdurend de klok in de gaten moest worden gehouden. Te laat? Ga maar in de voorligsteun en begin met opdrukken! Ook moesten we de uniformiteit scherp in de gaten houden: iedereen moet er hetzelfde uitzien. Is iemand een badge kwijt, dan moet het hele peloton zonder badge verschijnen. Helaas kom je daar pas achter op het moment dat het te laat is en kun je weer in de voorligsteun... Niet erg motiverend, maar zolang je het met het hele peloton doet ook weer niet heel erg vervelend.
Wel vervelend zijn de zogenaamd mentale trainingen. Zo werden we op een van de eerste avonden in een rap tempo naar de hei gemarcheerd waar we in het donker en de regen in twee uur tijd een put van 1,2 m x 1,2 m x 1,80 m moesten graven met ons pionierschopje. Een akelige opdracht als je niet precies weet hoe je pioschop werkt en je je handen lelijk openhaalt aan de scherpe randen en bloedblaren oploopt als je vingers tussen de scharnierende delen klem komen te zitten. Na ruim een uur vond de kapitein het resultaat niet goed genoeg en werden we gecommandeerd de hele boel weer dicht te gooien om daarna weer opnieuw te beginnen Ik kan er wel om lachen, al vind ik het absoluut zinloos en had ik liever in m'n bed gelegen, want erg veel slaap krijg je niet. En probeer je die tijdens de lessen in te halen, dan mag je naast je tafel gaan staan. Maar goed, zolang je inzet toont en onderweg geen reflecterende armbanden of andere parafernalia kwijtraakt kun je i.i.g. de opdrukdans en afblafceremonie redelijk ontspringen.
Het belangrijkste attribuut dat je nooit, maar dan ook nooit in de steek mag laten is je geweer. Dat draag je voortdurend op je lijf of heb je binnen een meter van je liggen. Veronachtzaam je dat gebod, dan ben je flink de sigaar. Twee jongens hebben een dag lang met een boomstam i.p.v. hun geweer mogen sjouwen en een derde mocht z'n buks opgraven nadat die eerst door zijn buddy een meter onder de grond was verstopt. En daarna weer lekker poetsen, want wee je gebeente als er een korrel zand is blijven zitten. De vrije-jaren-70-pedagogie is aan het leger voorbij gegaan Hier wordt de tere, verwende kinderziel met harde hand rechtgezet. Of zoals een van onze majoors het uitdrukt: “Wat je ouders in 20 jaar hebben verwaarloosd, kunnen wij niet in een paar weken rechtzetten, maar we doen ons best.”
Als je een bepaalde opdracht niet of niet op tijd haalt, luidt het steevast: “Niet goed? = Opnieuw!” Dat gaat door totdat het goed is of het kader (lees: de kapitein en zijn majoors) verveeld. Zelf kan ik hier ook over meepraten. Tijdens de eerste dagen kregen we de opdracht alle rangen, standen en aanspreektitels van de Luchtmacht, Landmacht, Marine en Marechaussee te leren. Dat is geen kattepis. Er zit een bepaalde logica in, maar die is m.i. vooral historisch van aard. Een echt systeem is er niet in te ontdekken, daarvoor zijn er teveel uitzonderingen. Het deed mij denken aan de werkwoorden bij Frans. Hoe dan ook, de eerste keer haalde ik de test niet. Gezien het adagium betekende dat dat ik de test nog eens moest doen. Wel, die tweede test kwam. Om twee uur 's nachts Gelukkig haalde ik hem die keer wel.
Op de laatste avond van het bivak moesten we nog eens de hei op om een kuil te graven. Dit keer duurde het minder lang, maar we moesten wel een stuk of vier keer opnieuw beginnen. Daarna kregen we nog een soort preek over mentaliteit, doorzettingsvermogen en inzet. Erg slaapverwekkend en dat kwam goed uit, want daarna mochten we onder de naakte hemel in onze slaapzak. De dag van vertrek begon met een mars van een kilometer of zeven in een stevig tempo en een waardeloze formatie waarbij de lange cadetten voorin liepen, de kleine achterin en de zwakke ertussen. Ik had mazzel, omdat ik voorin liep, maar achterin gingen een aantal meiden helemaal kapot. Hierna moesten we het kamp opruimen en aanvegen. De inspectie werd uitgevoerd door e.o.a. commando die er lol in had z'n laarzen van modder te ontdoen op het trottoir dat we net hadden aangeveegd: “Hmm, dit is nog niet schoon!”. Voorts wenste hij ons vooral geen succes. Erg bijzonder allemaal. Gelukkig hadden wij Het Kasteel met warme douches in het vooruitzicht.
Op Het Kasteel poetsten we al onze spullen en namen een douche. De volgende dagen poetsten we onze wapens een paar keer, kregen we nog sportles en een college door de afdeling persooneelszaken. Op vrijdagmiddag, nadat we onze kamers spik en span hadden opgeruimd en klaar stonden voor inspectie kregen we te horen dat we ons in burger mochten opstellen op de Binnenplaats (BiPla) voor vertrek! Dat was niet tegen dovemansoren gezegd. In no-time stond iedereen op de BiPla en mochten we naar huis!
Aan het einde van m'n vakantie gaf Willem, een andere vriend, een feestje. Ik had er veel zin in en reed op m'n fiets naar Den Haag. Daar aangekomen werd ik al snel herkend: "Hé daar hebben we Borat!" Borat? Who the f*ck is Borat? Later die avond, na de nodige cocktails, werd ik door meer mensen herkend: "Ja, sprekend! Die vent lijkt op Borat." Toen kwam Simon, een vriend van Willem, op de proppen met een geniale tip. In de Delftse Post had een oproep gestaan aan alle jongens die op Borat leken om een foto van zichzelf te maken en die op te sturen. Degene die het best op Borat leek, zou twee vrijkaartjes winnen voor de voorpremière van de film 'Borat' in Delft. Dat leek me wel wat.
De volgende dag besloot ik eerst maar eens op internet te gaan kijken. Ik had wel iets over ene Borat gehoord, maar had geen idee hoe hij eruit zag. Bij het zien van de eerste foto's kon ik mij inderdaad niet aan de indruk onttrekken dat Borat een soort mix was van de gelaatstrekken van mijn oom Ries en mijzelf. Aan die Borat-look-a-like-contest moest ik maar eens meedoen.
In eerste instantie wilde ik ergens een sjofel, polyester, blauw pak opsnorren en daarmee op de foto. Deze outfit draagt Borat immers op de poster voor zijn film en het leek me eenvoudig om te regelen. Walter, een goede vriend van werk, wilde wel zijn pak lenen én hij zou de foto maken. Daarna bleef het even stil aan het front, totdat ik nog eens wat plaatjes van Borat bekeek via Google...
Wat een hilarische foto's: Borat op het strand met alleen een felgroene ballenknijper aan en een paar bruine schoenen met grijze sokken. En aan beide zijdes een aantrekkelijke jongedame in bikini. Dít zou ik moeten imiteren! Maar hoe?
Me nog niet helemaal bewust van de foto's en de imitatiemogelijkheden begaf ik mij ik naar Babs & Jet, twee aantrekkelijke jongedames bij mij op kantoor, om die hilarische foto's te laten zien en te vertellen dat ik met een Borat-look-a-like-contest ging meedoen. Pas aan het bureau van Jet zag ik in dat ik met hen op de foto moest, maar Jet was me voor: "O ja, en dan wil jij zeker dat wij zó met jou op de foto gaan?" Nog voor deze zin helemaal tot mij was doorgedrongen, het begon mij licht te duizelen (stel je toch eens voor dat die meiden met mij in bikini op de foto zouden), kwam Jet zelf al met het antwoord: "Alleen als jij zo'n geval aantrekt!" "Geen enkel probleem!", antwoordde ik voor ik er erg in had en de deal was gesloten. Vanaf dat moment werkte mijn brein op volle toeren.
Hoe kwam ik aan zo'n ballenknijper? Naar Christine Le Duc! Daar moeten ze zoiets wel hebben. Zo gedacht, zo gedaan. Ik pakte mijn fiets en sjeesde naar deze sexshop in Delft. Daar aangekomen moest ik moeite doen de grijns van mijn gezicht te halen. Voor me stond namelijk een jong stelletje quasi ontspannen e.e.a. af te rekenen bij een verkoopster die zich heel serieus opstelde alsof ze een dure fles wijn verkocht. Een beetje in de trant van: "O, hier zult u echt geen spijt van krijgen." Nadat het stelletje was vertrokken was het mijn beurt. Ik haalde een print van Borat met ballenknijper uit m'n tas en ontdekte het TNO-logo op de print. Oei, per ongeluk op briefpapier geprint... Gelukkig leidde de broek van Borat genoeg af en viel het de verkoopster niet op. Helaas, dit soort spannende kledij verkochten ze zelfs bij Christine Le Duc niet. Wel kreeg ik de tip om een maillot te kopen en daarmee zelf zo'n geval te fabriceren. Nu had Jet me deze tip ook al gegeven dus besloot ik bij de Hema langs te gaan. Daar kocht ik een knalroze maillot.
Nu nog een echte Borat-bril. Bij de Hema, V&D en Intertoys was de zonnebrillencollectie al opgeruimd, maar bij de Specsavers hadden ze nog wel wat voor me. De verkoopster die ik aansprak begon te schaterlachen toen ik haar de print liet zien, vond ook dat ik op Borat leek en liep naar achteren om wat op te snorren. Ze kwam terug met de perfècte Borat-bril. Voor 5 euro was hij voor mij.
Thuisgekomen ging ik meteen met het maillot aan de slag. Ik bedacht dat de voet van één been van het maillot als broek moest dienen en dat het in twee repen geknipte been als bretel zou fungeren. Nou vind ik mezelf niet erg preuts, maar dit ging te ver. M'n geweer inclusief munitie paste krap in de voet van het maillot en voor de rest was het weinig verhullend. Ik moest iets anders verzinnen. Dan maar een tangaslip en nog een maillot kopen. Daarmee naar Babs & Jet in de hoop dat zij een oplossing wisten. Echter, voor het zover was moest ik m'n zojuist gekochte tangaslip omruilen. Die bleek namelijk te groot...
Met het schaamrood op de kaken en zonder bonnetje (die had ik weggegooid want ondergoed mag niet geruild) vervoegde ik mij weer bij de, net meerderjarige, kassière van de V&D om te vragen of ik de slip mocht omruilen voor een kleinere maat... Het meisje begon te grinniken, raadpleegde à la "Tina, wieviel kosten die Kondome?" en passant nog een oudere collega en besloot dat ik 'm wel mocht ruilen. Zwetend zocht ik een andere slip uit, ruilde hem voor de te grote tangaslip en maakte snel rechtsomkeert. Daarna fietste ik met het maillot, de tangaslip en de bril naar Babs & Jet. Even snel als Jet voorstelde om met Babs en mij op de foto te gaan had ze van m'n slip en maillot een stoere ballenknijper gefabriceerd en was ons plan beklonken.
Omdat de foto voor maandag moest worden opgestuurd en het vandaag vrijdag was, besloot ik de Delftse Post te bellen om te vragen of het goed was als onze foto maandag zou worden toegestuurd. Dat was geen enkel probleem. Nu kon het weekend beginnen: Suus, de secretaresse van Babs en Jet, wilde de foto wel maken, ik had een ballenknijper en zonnebril en de meisjes zouden hun bikini meenemen. Maandag werd dé dag!
En dat werd-ie. Babs & Jet hadden hun fraaiste bikini's meegenomen en ik was er ook helemaal klaar voor. Suus werd opgetrommeld en op een niet nader te specificeren plek werd de fotoshoot gehouden. De sfeer hield het midden tussen gehaast en gespannen, maar dat mocht niet deren. Eén foto was fantastisch gelukt en Babs zou hem nog wat opleuken. Tegen half zeven was de foto klaar en werd ze opgestuurd naar de Delftse Post. Nu brak een spannende tijd aan: zou de foto winnen?
De volgende dag, afgelopen dinsdag dus en de dag waarop de voorpremière was, bleef het stil op de mail en aan de lijn. Tegen vier uur besloot ik de Delftse Post maar eens te bellen. Daar werd ik vriendelijk te woord gestaan door een alleraardigste redacteur die zo te horen de Griekse beginselen was aangedaan. Ik vroeg hem of onze foto nog was meegenomen in de beoordeling en hoorde dat wij de enigen waren die überhaupt een foto hadden ingestuurd! Omdat de redacteur nog geen reactie had gekregen van de directeur van de cinema aan wie hij de foto had toegestuurd, besloot hij zijn e-mail te raadplegen. Daar las hij het antwoord van de directeur: "Weliswaar zijn de vrijkaarten al vergeven, maar zo iemand kunnen we niet weigeren." Ik hoorde het enthousiasme aan de andere kant van de lijn en besloot maar meteen drie vrijkaarten te vragen. Dat was geen probleem: "Ga vanavond maar naar de bioscoop. Ik zal het doorgeven. Ze herkennen je vast wel."
Ik SMS'te de meiden en ging op tijd naar huis om een maaltijd te bereiden. Met enig haast- en vliegwerk slaagde ik erin nog wat klaar te maken, zodat ik de meiden kon verwelkomen die een lange dag op e.o.a. congres hadden doorgebracht. Tegen achten maakten we ons op om naar de bioscoop te gaan. Met een big smile werden we ontvangen en in de zaal werd ik door een enkeling herkend als Borat. Vlak voor de film begon werden er nog uitgebreid foto's van Babs, Jet en mij gemaakt en werd ons meegedeeld dat de zojuist geschoten foto de volgende dag in de Delftse Post zou verschijnen. Helaas, dat was niet het geval. Gelukkig onze zelfgemaakte foto ook niet... Hopenlijk verschijnt het bewijs van ons bezoek aan de bioscoop a.s. vrijdag in de krant. Die zullen we dan ook hier plaatsen.
P.S. De namen van de meisjes zijn gefingeerd.
Voor de winnende foto, klik hier.
Update
Ze hebben de voorpagina van de Delftse Post gehaald! Check dit
Santiago Calatrava (Valencia, 1951) is een eigenaardige architect die veel fraaie werken op zijn conto kan schrijven. Een beroemd voorbeeld is de zogeheten 'Turning Torso' in Malmö; een wonderschone woontoren van 190 meter, opgedeeld in negen blokken die om de lengteas draaien. Het bovenste blok is een kwartslag gedraaid ten opzichte van het onderste. Naast hun schoonheid delen de projecten van Calatrava nog een ander aspect: ze kosten altijd meer dan begroot. Zo ook de drie door hem ontworpen bruggen over de Hoofdvaart in de Haarlemmermeer: de Harp, de Citer en de Lier. Voor de bouw was in 1999 16,4 miljoen euro beschikbaar gesteld, maar de uiteindelijke kosten bedroegen een schamele 28,8 miljoen. De Rekenkamer Haarlemmermeer heeft er begin 2006 een mooi rapport over geschreven met als titel: 'Over de brug gekomen'. Ik wilde deze bruggen wel eens zien en ben er met een collega naartoe gefietst om wat foto's te schieten. Voor Amsterdammers die de bruggen ook eens met eigen ogen willen zien: je fietst er in een uurtje naartoe (20 kilometer vanaf de Dam). De resultaten van de fietstocht vind je hier.
Zaterdag ben ik met de dagkaart 1e klasse naar Roermond gereisd. Daarna ben ik, per auto, naar Wittem gereden vanwaar ik mevrouw Van Heur en de heer Bosma een ansichtkaart met enig woorden van dank heb gestuurd. Saillante reisdetails: op de heenweg van Delft naar Roermond moesten we omrijden via 's-Hertogenbosch wegens werkzaamheden tussen Tilburg en Eindhoven. Paniek alom, ik heb nog een Duitser op weg geholpen naar Venlo en in totaal een vertraging van een half uur opgelopen. Op de terugweg bestond de intercity Maastricht - Amsterdam uit twee stellen van het type stoptrein. In Den Bosch, waar ik gelukkig uitstapte, barstte deze trein zoals verwacht uit haar voegen. Wat een toestand.
Verder deelt Wipi mede aan Nico Simons dat hij veel plezier heeft gehad van zijn paarse krokodil, om dat te bewijzen toont hij u gaarne deze mooie foto .